Auteursarchief: Joanne van der Vlist

Seed Company’s staff meetings

Vorige maand was ik een week in Dallas om de staff meetings van de Seed Company bij te wonen. Het was een erg goede tijd. We waren met zo’n 300 man en het thema was Community op basis van Efeziërs 4:16. Het was goed om elkaar weer te ontmoeten, bij te praten en te horen over het wereldwijde werk van Seed Company en wat God uitwerkt wanneer mensen zijn woord in hun eigen taal horen of lezen.

Een mijlpaal was het moment waarop we met negen collega’s voorgesteld werden als de nieuwe vertaalconsultants die in 2015 hun training officieel afgerond hebben.

Wycliffe-dag 2015

IMG_7873Op 17 oktober mocht ik een bijdrage leveren aan de Wycliffe-dag die op de ark van Noach gehouden werd. Het was een mooie dag!

Het RD schreef het volgende verslag:

DORDRECHT. Zo’n duizend mensen woonden zaterdag in de Ark van Noach in Dordrecht de jaarlijkse Wycliffe-dag bij. Bijbelvertaler Bertin Oundagnon uit de Centraal-Afrikaanse Republiek zei dat zijn werk is vertraagd vanwege de onlusten die in zijn land zijn opgelaaid. ‘Het doet ons pijn dat we zo veel mensen nog niet hebben kunnen bereiken voordat ze stierven.’

Van een medewerker
DORDRECHT. ‘God heeft een reddingsplan voor de volken van deze wereld. In de dagen van Noach was dat de ark. Nu is dat Gods Woord.’ Dat zei Bram van Grootheest zaterdag aan het begin van de Wycliffe-dag in de Ark van Noach in Dordrecht. De directeur van Wycliffe Bijbelvertalers sprak tegenover de duizend bezoekers de hoop uit dat er in 2025 in iedere
taal een Bijbel zal zijn. Volgens hem kent de wereld ruim 6900 talen. Wycliffe is betrokken geweest bij 1800 van de 2200 Bijbelvertaalprojecten. ‘Het gaat er ons om in deze eindtijd mensen zo snel mogelijk met Gods Woord te bereiken.’
Over Bijbelvertalen in een chaotische wereld spraken Bertin en Brigitte Oundagnon. In de Centraal-Afrikaanse Republiek (CAR), waar de Bijbel al in elf talen is vertaald, is Bertin directeur van Acatba, een organisatie voor Bijbelvertaalwerk en alfabetisering. Zijn vrouw Brigitte geeft als verpleegkundige trainingen voor het verwerken van trauma’s. Ze betrekt daar de Bijbel bij en verleent ook humanitaire steun. Oundagnon vertelde over Martin, die in geesten geloofde en tovenaar was. Door het lezen van de Bijbel kwam hij tot bekering, maar in de kerk geloofde men hem niet. Tot hij zijn amuletten verbrandde en verklaarde zijn leven aan Jezus te hebben gegeven. ‘Dat mag een van de resultaten zijn van het Bijbelvertaalwerk.’ Vanwege de onlusten die drie weken geleden in de CAR weer zijn opgelaaid wordt het vertaalwerk volgens
Oundagnon vertraagd. Zendelingen moeten vertrekken en vertaalteams worden gedwongen te vluchten. Computers die gebruikt worden bij het vertaalwerk worden gestolen. ‘Toch blijven we in de Centraal-Afrikaanse Republiek. God heeft ons daarvoor een heldere boodschap gegeven. Hij wil mensen redden. Daarom doet het ons pijn dat we zo veel mensen nog niet hebben kunnen bereiken voordat ze stierven. We moeten snel zijn, want de mensen worden niet
ouder dan gemiddeld 42 jaar.’

De naar Papoea-Nieuw-Guinea uitgezonden Koen den Hartogh werkt daar voor SIL, een zusterorganisatie van Wycliffe. Hij vertelt over de zwarte magie die sommige gebieden beheerst. Er is angst voor boze geesten, er komt hekserij voor, en mensen die daarvan beschuldigd worden vinden de dood. ‘Maar we mogen ook ervaren dat Gods Woord meer is dan een boek.’ Er is in Papoea-Nieuw-Guinea een bestaande, maar verouderde Bijbelvertaling. In de kerken wordt die volgens Den Hartogh niet gebruikt. ‘Mensen horen dus het Woord van God niet. Bovendien kunnen velen niet lezen, laat staan schrijven. Waarom zou je dan aan een nieuwe vertaling gaan werken?’ Zodoende kwam Den Hartogh op het idee van een audiobijbel, een luisterbijbel. ‘Die bieden we nu aan. Vrijwel iedereen heeft een mobiele telefoon. Daarop
kunnen ze nu de Bijbel horen en tegelijk leren lezen.’

‘Vertalen is een uitdaging’, zegt Joanne van der Vlist, voor Wycliffe werkzaam in Madagaskar. ‘De lokale bevolking vertaalt de Bijbel in de eigen taal en ik controleer die vertaling dan op betrouwbaarheid. Geschiedkundige feiten mogen niet worden aangepast. Bij vergelijkingen van Jezus kiezen we soms wel voor een ander woord. Wat doe je bijvoorbeeld met de bouwer van het “huis op de rots” als er in de hele omgeving alleen maar zand is?’

© Reformatorisch Dagblad | Pagina 2 | 19 oktober 2015

Benin en Madagaskar

In juni zou ik zes weken meewerken met een vertaalproject in Almere. Drie vertalers uit Benin zouden hierheen komen om een groot deel van hun vertaling te controleren. Kort voordat de beninvertalers hierheen zouden reizen, kreeg het team te horen dat twee van hen geen visum kregen voor Nederland. De reis kon toen niet doorgaan. De teleurstelling was groot voor ons allen.

Vervolgens hebben we als drie Nederlandse collega’s besloten een aantal weken daarheen te gaan. Dat was voor mijzelf niet heel makkelijk: we hadden als familie net intensieve en verdrietige weken achter de rug na het plotselinge overlijden van mijn schoonzus.

Maar het was een leerzame tijd! Ik heb samen met mijn mentor de vertaling van de 2e Korintiërsbrief in het Ajagbe gecontroleerd en daarna heb ik zelf nog Openbaringen 1-6 gecheckt. In de tweede brief aan de Korintiërs gebruikt Paulus heel veel ironie en dat is niet altijd even duidelijk. Volgens de gangbare definitie is ironie bedekte, milde spot, waarbij men vaak het tegenovergestelde zegt van wat bedoeld wordt. Als je dat letterlijk zou vertalen en het zou niet duidelijk zijn dat het ironisch is bedoeld, zouden de lezers dus het tegenovergestelde begrijpen!

Zoals u destijds in de mail van het tfc hebt kunnen lezen, had ik in Benin dus de gelegenheid om naast en met mijn mentor te werken, zodat hij mijn werk kon beoordelen. Dat is allemaal goed gegaan en de aanbeveling is geschreven. Nu is het wachten op de bespreking daarvan in een vergadering in november en hopelijk ontvang ik dan de accreditatie. Dit is in zoverre belangrijk dat ik dan de vertalingen die ik heb gecontroleerd en goedgekeurd ook zelf mag aftekenen zodat ze ook gepubliceerd kunnen worden. Nu wordt die aftekening altijd nog gedaan door een collega van mij.

Inmiddels ben ik me aan het voorbereiden op een reis naar Madagaskar. Van 15 september tot 1 oktober zal ik in Tana samenwerken met ‘mijn’ vertaalteam aan hun vertaling van de Kolossenzenbrief. Wilt u meebidden voor:

  • goede en veilige reizen (ikzelf ben zo’n 13 uur onderweg, het vertaalteam dat van de oostkust van Madagaskar naar de hoofdstad moet komen is, afhankelijk van hoe de wegen erbij liggen, waarschijnlijk twee keer zo lang onderweg);
  • inzicht en inspiratie om de tekst zo getrouw en begrijpelijk mogelijk te vertalen;
  • gezondheid voor onszelf en familie die thuis blijft, zodat we twee weken ongestoord kunnen werken en niemand eerder naar huis hoeft.